8 november

Want is november in de nevel, dan blijft het schoon, dat is de regel. 2. Houdt de tak het blad nu nog vast, dan wordt een strenge winter onze gast. 3. November heeft op de loer gelegen, en komt tevoorschijn met veel regen. 4. Staat in november het veld kaal, dan is het in de… Lees verder 8 november

7 november

November kan een maand zijn die met zacht weer ons zegent, en soms ook wel nat is, zonder dat het echt regent. 2. Slachtmaand in het land, de varkens schreeuwen dan moord en brand. 3. Sneeuw en hagel in november, regen en modder in december. 4. Een winter die vroeg komt, vertrekt ook vroeg. 5.… Lees verder 7 november

5 november

Rijp aan boom en plant, houdt geen drie dagen stand. 2. Volgt de eerste sneeuw op regen, dat houdt een harde winter tegen. 3. Elk voorjaar heeft zijn najaar. Maandspreuken november: 4. Geen schaduw, geen glans, geen vlinders, geen bijen, geen fruit, geen bloemen, geen bladeren, geen vogels – november! 5. Het dunste gele licht… Lees verder 5 november

4 november

Als vroege krokussen bloeien, zullen ze met koude stoeien. 2. Er zijn drie kwaaien in het land; zuipneus, druipneus en klappertand. 3. Als de R is in de maand, is het weer niet altijd meegaand. 4. In november worstelt de winter nog met de herfst. 5. Het leven is in de herfst pas goed, als… Lees verder 4 november

3 november

Als het regent in november, valt Kerstmis in december. 2. Brengt de late herfst neveldagen, dan zal de sneeuw in de winter plagen. 3. In november hard begin, in de winter zoet begin. 4. Begin november al erg koud, zich niet lang staande houdt. 5. Wat is het toppunt van herfst? Wakker worden naast een… Lees verder 3 november

2 november

Zijn er in het najaar nevelvlagen, dan zal de winter ons met sneeuw gaan plagen. 2. Als Allerzielen (2 november) zacht begint, volgen veel regen en wind. 3. Sneeuw op Allerzielen (2 november), voorspelt een zacht voorjaar. 4. Met Allerzielen (2 november) wit gewemel, in het voorjaar blauwe hemel. 5. Allerzielen (2 november) witte pelder,… Lees verder 2 november

1 november

  0. November Brengt Allerheiligen (1 november) winterweer, tien dagen duurt dat zeer. 2. Houden de kraaien voor Allerheiligen (1 november) school, zorg dan voor hout en kool. 3. Het nazomertje van Allerheiligen (1 november), kan u voor de winter niet beveiligen. 4. Als het met Allerheiligen (1 november) sneeuwt, leg dan uw pels gereed.… Lees verder 1 november

31 oktober

Op de laatste oktober ( 31 okt. ), houdt de natuur zich sober. Maandspreuken oktober: 2. Dagen gaan snel voorbij als oktober aanbreekt, en binnen de kortste keren zal november ons gedag zeggen. 3. Chicago is an October sort of city even in spring. 4. October, de extravagante zus. 5. Ik hou van Halloween, en… Lees verder 31 oktober

30 oktober

Is de herfst flink met nevel doortrokken, dan komt de winter vol met vlokken. 2. Het laatste weer van oktober reikt november de hand. Maandspreuken oktober: 3. Mijn favoriete kleur is oktober.   4. Ik blijf verliefd worden op oktober, keer op keer! 5. Pompoenen in oktober, zo dik als de volle maan, ze zitten… Lees verder 30 oktober

28 oktober

Zoals de weerheilige het eind oktober heeft gedaan, zo zal de Allerheilige ermee verder gaan. 2. In oktober veel regen, voor het kerkhof altijd zegen. 3. Als Simon en Judas henen gaan, dan komt de winter aan. Maandspreuken oktober: 4. De oktoberzon baadde het park met zo’n smeltend licht dat het de gedempte, indrukwekkende uitstraling… Lees verder 28 oktober