31 mei

Op St. Petronella  (31 mei) of wak, het geld smelt in uw zak. 2. Is het klaar met Petronel (31 mei), dan meet men vlas met een el. 3. Noordenwind in april en mei, maakt augustus en september blij. 4. Mag het dauwen in april en mei, wij zijn in oogst en september blij. Maandspreuken… Lees verder 31 mei

30 mei

Als op het eind van mei d’eikels bloeien, zal daar een vet boerenjaar uit groeien. 2. Einde mei, staartje van de winter. 3. Mei nat, spek in het vat. Maandspreuken mei: 4. Een mei dag is een goed moment om een lentefeest voor ouders te plannen of op te zetten. Studenten kunnen hun favoriete liedjes… Lees verder 30 mei

29 mei

Meivloed, doet een heel jaar goed. 2. Van de bloem, bekomt mei de roem. 3. Warme en zachte meiregen geeft schone bloemen en rijke aren. 4. Is mei nat, een droge juni volgt haar pad. Maandspreuken mei: 5. Oh, het was lief om te denken dat mei weer van ons zou zijn, in de hoop… Lees verder 29 mei

28 mei

Op Sint Augustijn (28 mei), zullen de winters over zijn. 2. In mei warme regen, betekent boerenzegen. 3. Het weer wat koel, met een buitje erbij, dan maakt in mei de landman blij. 4. Dauw in april en mei, maken een goede augustus en september. Maandspreuken mei: 5. In de prachtige maand mei, toen alle… Lees verder 28 mei

27 mei

In mei alvast, zijn jas en hoed tot last. 2. In de maand mei leggen alle vogels een ei, behalve de kwartel en de griet, die leggen in de meimaand niet. 3. Zingt de vink vroeg in de morgen, dan zal die dag voor regen zorgen. 4. Nachtvorst in Mei, houdt ‘t jonge groen niet… Lees verder 27 mei

26 mei

In mei warme regen, vruchtenzegen. 2. Als april schoon wil zijn, wroet mei gelijk een wild zwijn.   3. Als in april de kevers opstaan, dan zal mei van koude vergaan. 4. Donder in mei, geeft gras in de wei. Maandspreuken mei: 5. Het is mei, de wellustige meimaand, die lievelingsmaand waarin iedereen zelfbeheersing weggooit.

25 mei

St. Urbanis (25 mei) in de zon, wijn in de ton. 2. Schijnt de zon St. Urbaan (25 mei), dan wordt de wijnstok zwaar belaân. 3. Regent het op St. Urbijn (25 mei), zo is er weinig wijn. 4. Zonnig in Urbanustijd (25 mei),  zorgt voor een goede kwaliteit.   5. Sente Urbaendach (25 mei)… Lees verder 25 mei

24 mei

Onweer in mei, is vruchtbaar getij. 2. Is het koel maar niet te nat in mei, dan is het hooiboerke blij. 3. Meiregen, geldregen. 4. Het weer wat koel en ‘n buitje erbij, dat maakt in de mei de landman blij. Maandspreuken mei: 5. Ik zing van beekjes, van bloesems, vogels en prieeltjes. Van april,… Lees verder 24 mei

23 mei

Bomen moeten op 23 Mei gepoot worden. Meiregen doet groeien. 2. Meiregen genoeg en ’t weer is mooi, dan ’t hele jaar lang brood en hooi. 3. Mei koel en nat, vult zak en vat. 4. April klaar en rein, mei zal des te wilder zijn. Maandspreuken mei: 5. Mei was nu begonnen, maar hier… Lees verder 23 mei

22 mei

Meiregen op het zand, is goud op de plant. Maandspreuken mei: 2. Oh! Graag heten wij u welkom, mooie aangename maand mei. De maand waar we zo naar hebben uitgekeken om menig winterse dag door te komen. 3. Warme, wilde, regenachtige wind, onrustig waaiend, dromerige branding op de sluimerende meizee. Wat zal u niet antwoorden?… Lees verder 22 mei