- Kruipt de kip vroeg op haar leerke, morgen vast schoon weerke.

2. Als oogstmaand van kou beven doet, dan is het voor het landgewas goed.

3. ‘s Avonds speelt de zwoelte, ’s morgens is er koelte.

4. Na de hondsdagen wachten, al ras de koude nachten.

Maandspreuken augustus:
5. Het was augustus en de velden stonden vol maïs.

6. Augustus is de maand van de hoog zeilende haviken. De havik is het meest opvallend. Hij is een rustvogel en lijkt altijd op zijn gemak.

7. Geef de feestdagen niet de schuld. U had in augustus al overgewicht.
