1. Dansen in maart de muggen rond, dan is dat voor de schapen niet gezond.
2. Stuift het stof in maart, het is de boer goud waard.

3. Als het lammetje danst in maart, pakt april bij de staart.

4. Daar is geen maart zo goed, of het sneeuwt op d’r boer z’n hoed.
Maandspreuken maart:
5. Er is een licht in de lente, dat niet aanwezig is in het gehele jaar. In geen andere periode, wanneer maart er nauwelijks is.

6. Een sleutelbloem in al zijn prachtige, lelies trotseren de maartwinden met volle kracht, nederige groei als bewogen door één verlangen; Trekken, om de lente te verwelkomen, hun beste kleding aan…
7. De eerste lentebloemen laten mijn hart altijd zingen.